default-logo

Het Gebied van de Senegal Rivier

 

De Senegal rivier vormt de grens met Mali in het oosten en met Mauritanië in het noorden.  In Senegal is de rivier “de” verbinding tussen de poorten van de Sahara en de Atlantische Oceaan.

Het riviergebied is, mede door zijn geografische ligging, een ware toeristische trekpleister. Een verscheidenheid aan landschappen strekt zich uit van aan de kust tot in de semi-woestijngebieden. De vallei tussen Dagana en Bakel is de belangrijkste slibvlakte van het land en daardoor ook het meest vruchtbare gebied van Senegal.

Door de geschiedenis heen kende dit gebied koninkrijken, islamisering en kolonisatie, waarvan de verschillende handelsposten langs de rivier getuigen zijn.

Laten we nu de steden die we met de Bou el Mogdad bezoeken even van naderbij bekijken.

Saint-Louis

 

Saint-Louis maakt sinds 2000 deel uit van het Werelderfgoed van de UNESCO en is de 1ste handelspost die door de Europeanen van West Afrika werd opgericht. De oude gebouwen in hun warme kleuren met hun smeedijzeren balkonnetjes zijn nog de getuigen van het koloniaal tijdperk, waarin de stad zeer belangrijke functies bekleedde. Saint-Louis werd namelijk in 1895 uitgeroepen tot hoofdstad van Frans West – Afrika. Andere belangrijke bouwwerken uit die tijd zijn: de kerk, de moskee, de kazernes, het gerechtsgebouw en het grote hospitaal.

Vandaag kent Saint-Louis nog steeds zijn vriendelijke dorpsatmosfeer en de thermen van Teranga lijken bijzonder geschikt voor de stad. Jaarlijks wordt er in het cultuurcentrum van Saint-Louis het befaamde wereldjazzfestival georganiseerd, dat muziekgroepen en bevolking van over de hele wereld samenbrengt.

Saint-Louis, le Fleuve Sénégal, l'Atlantique

Saint-Louis, de rivier de Senegal, de Atlantische Oceaan

Richard-Toll

 

Richard-Toll is voornamelijk gekend voor “La folie” van Baron Roger. Baron Jean Louis Roger was gouverneur van Senegal van 1822 tot 1826 en had dit verbazingwekkend huis met “proef”tuin laten bouwen, om zo landbouwkundig onderzoek te kunnen uitvoeren in het Walo gebied. De leiding van deze tuin werd toevertrouwd aan een man, Richard genoemd; van daar komt ook de naam van de stad Richard – Toll, wat in Wolof, “het veld van Richard” betekent. Binnen het domein bevonden zich gebouwen, een steenoven, een zeilboot met roeispanen, een waterrad, een weegschaal, enkele runderen, een 30-tal arbeiders en een legerpost. Vanaf september 1822 groeien hier bananenbomen, sinaasappelbomen, guavestruiken, suikerrietplanten, koffiestruiken en katoenplanten.

Om het voedseltekort te verminderen werd in 1945 door de Franse overheid besloten om rijst te verbouwen in het delta van de Senegal rivier. Duizenden hectaren land werden voorzien van een irrigatiesysteem. Dit systeem wordt vandaag nog gebruikt door de Compagnie Sucrière Sénégalaise die 100.000 ton suiker per jaar produceert. Met hun 8.000 werknemers zijn ze het grootste agro-industriële bedrijf van het land.

La Folie du Baron Berger à Richard Toll

« La Folie » van baron Berger te Richard Toll

Dagana

 

Dagana, ook gekend onder de naam “hoofdstad van Walo, is een stad die nog getuigt van een rijk koloniaal verleden, mede door zijn ligging en gebruik als “stopover” stad aan de rivier. In 1820 werd er een fort gebouwd aan de oever van de rivier, om de handel te beschermen tegen de veelvuldige invallen van de Moren. Met de komst van generaal Faidherbe bloeide de handel en werden langs de kade de typische saint-louisien huizen gebouwd. In de 19e eeuw kwam, mede door Arabische gom crisis, een einde aan de handelsactiviteit van deze stad. Vandaag heeft Dagana agrarische gebieden geïrrigeerd voor het verbouwen van rijst.

De ambachten getuigen hier van een mengeling van culturen: Moren, Wolofs, Peulhs. De verscheidenheid is nog sterk aanwezig, voornamelijk in het weven en verven van stoffen, in het aardewerk en in de metaal- of de lederbewerking.

Quai de Dagana

De kade van Dagana

Podor

 

Podor is gelegen in het uiterste noorden van het land op enkele kilometers van de grens met Mauritanië. De plaats was reeds in de oudheid bewoond en het was ook de ontmoetingsplaats tussen de plaatselijke bevolking en de Moren. Het was een strategische handelspost gedurende de koloniale periode; in 1744 bouwden de Fransen er een eerste fort dat in 1854 gerestaureerd werd door generaal Faidherbe, nadat het verlaten was door de Engelsen. Dit fort was de getuigenis van de militaire en administratieve wurggreep van de Fransen op de Fouta streek.

Zeer interessant om zien in Podor is ook de rij huizen op de kade, die allemaal met hun okergele façaden naar Mauritanië gericht zijn. Podor was de doorvoerhaven voor de handelaars uit Mauritanië, die gierst, Arabische gom en amber naar Saint-Louis vervoerden via de rivier. In de streek rond Podor en omliggende dorpen wonen de mensen nog in traditionele lemen huizen.

Podor is eveneens gelegen aan de voet van het eiland Morphil, een langgerekte strook land in de Senegal rivier vooral bekend om de vele moskeeën die men er vindt. Het geeft een perfect beeld van het rijk van de Toucouleurs in de streek en van El Hadj Omar Tall, die zeer belangrijk was om zijn strijd tegen de koloniale overheersing.

Quai de Podor

De kade van Podor

logo-bou-el-mogdad

Retour Haut de Page

Français English Espagnol Nederlands